REDACTIONEEL – Vragen en Antwoorden over spanningen bij toepassing WWFT

Het schuurt in de uitvoering van de anti-witwaswetgeving

Het schuurt in de uitvoering van de WWFT. Dat blijkt wel uit de antwoorden op Kamervragen die minister Hoekstra van Financiën (mede namens de minister van Veiligheid en Justitie) vorige week naar de Tweede Kamer stuurde. Eerder gaven wij in het artikel Spanningen bij toepassing WWFT – Antwoorden op Kamervragen een samenvatting. In dit artikel ga ik op een aantal van de onderwerpen wat dieper in.

Banken zien zich steeds vaker genoodzaakt om afscheid te nemen van cliënten en dat gaat voor de rechter niet altijd goed. Zelfs niet als het zeer aannemelijk is dat in de keten waarin de cliënt actief is, geld wordt witgewassen. Een goed voorbeeld is het geval dat ABN AMRO de relatie met een coffeeshop wilde opzeggen. De rechter ging daar niet in mee omdat louter het feit dat er veel contant geld rondgaat in een coffeeshop nog niet betekent dat er wordt witgewassen. De bank had voor dat laatste ook geen concrete aanwijzingen. Daarbij is het niet de bedoeling van de WWFT om groepen cliënten categoraal uit te sluiten van het betalingsverkeer.

Het schuurt

Over de problematiek van banken en coffeeshops zijn op 26 augustus 2021 al vragen beantwoord door de ministers van V&J en Financiën. Daar bleek al uit dat er een intrinsieke spanning bestaat tussen de WWFT-verplichtingen van een bank en de coffeeshops, die – hoewel gedoogd – zich per definitie in het criminele circuit bevinden. Een lastige kwestie, die niet los te zien is van de discussie over het gedoogbeleid en legalisatie van (soft)drugs. In de beantwoording van de vragen van 19 november 2021 legt de ChristenUnie de kwestie terug bij de minister door te vragen of het niet mogelijk is om coffeeshops aan de WWFT te onderwerpen. Het eenvoudige antwoord hierop is dat de anti-witwasrichtlijn daar niet toe verplicht. Maar het is duidelijk dat het schuurt.

Rechtszekerheid

Dit soort zaken stelt banken uiteraard voor een dilemma. Op grond van de risicogeoriënteerde taakinvulling zal de bank moeten beoordelen aan wie wel en aan wie niet diensten te verlenen. Zaken doen met een sector die gedoogd wordt en dus per definitie gelieerd is aan het criminele circuit, lijkt een (te) groot en onoverzichtelijk risico op witwassen op te leveren. Als de bank dan de relatie verbreekt en daarop wordt teruggefloten door de rechter, is het goed te weten dat zij in beginsel niet bestraft kan worden wanneer er toch sprake blijkt te zijn van misdrijven. Dat bevestigt ook de minister (zie ons eerdere artikel hierover). Maar zo’n cliënt is dan vervolgens wel een wandelende tijdbom.

Legaliteitsbeginsel

In de boetesfeer lijkt het ‘lex certa’-beginsel, of legaliteitsbeginsel, opmars te maken. Juist vanwege die risico-georiënteerde benadering, is de rechter terughoudend in het opleggen van boeten. Er zijn immers geen harde en duidelijke regels over met wie je een zakelijke relatie mag hebben of welke transacties ongebruikelijk zijn. En in het strafrecht geldt dat wanneer een straf wordt opgelegd, de norm wel – eerst – duidelijk moet zijn. Een voorbeeld vinden we in een recente uitspraak van het CBB inzake een notaris die naliet verscherpt cliëntenonderzoek te doen.

‘Unbankables’

Een van de consequenties van de steeds intensievere naleving van de WWFT door banken en het gevaar dat daardoor individuele ondernemers of sectoren worden getroffen. Hoekstra onderstreept dat het niet de bedoeling is dat personen ten onrechte de toegang tot het betalingsverkeer wordt ontzegd. De bestrijding van witwassen door naleving van de WWFT is groot belang en naleving moet uitvoerbaar zijn. Maar er moet wel steeds een individuele risicobeoordeling plaatsvinden, die overigens per instelling kan verschillen. ‘Ik heb geen signalen dat het huidige regelgevende kader te weinig ruimte biedt voor Wwft-toezichthouders om een individuele beoordeling te maken.’, aldus Hoekstra. Hij gaat er ook de Leidraad op aanpassen. Dat is allemaal mooi gezegd, maar dat het een grote – en steeds grotere – opgave is, blijkt wel uit de recente publicatie van Rabobank over het aangekondigde ‘punitieve handhavingsonderzoek’, waarin de bank meedeelt dat maar liefst 4.500 personen wereldwijd zich bezighouden met KYC-achtige werkzaamheden. De minister vindt ook samenwerking tussen banken van belang om eventueel maatregelen per sector te treffen. Samenwerking in de Fintell Alliance kan hier hopelijk aan bijdragen. Ook hebben vijf grote banken inmiddels Transactiemonitoring Nederland (TNML) opgericht. Met die samenwerking gaan zij de strijd aan tegen financiële criminaliteit, door in samenhang de betalingstransacties van de banken te monitoren. Ook andere banken kunnen zich aansluiten.

Irritatie

Intussen groeit de irritatie bij banken. Zo verklaarde de kersverse voorzitter van de NVB Medy van der Laan nog dat de aanpak van witwassen ‘zinvoller’ moet worden. Daarmee doelend op de onbalans die er zit tussen de investeringen die banken doen in compliance en de handhavingscapaciteit bij de opsporinginstanties en de vervolging. Bij de banken zijn 12.000 mensen bezig met CDD en transactiemonitoring, die samen goed zijn voor een miljoen meldingen. Bij de FIU zitten vervolgens 76 mensen om die meldingen te verwerken. Dat is wellicht wat kort door de bocht; banken doen geen aangifte van strafbare feiten maar van ongebruikelijke transacties. Maar de verhouding lijkt wel een beetje zoek.

Lessen uit de Toeslagenaffaire

En ja hoor, we kunnen er in deze tijd blijkbaar niet omheen: de link met de toeslagenaffaire. Vraag: ‘Bent u bereid te laten onderzoeken welke lessen uit het rapport Ongekend Onrecht naar aanleiding van de Toeslagenaffaire van toepassing kunnen zijn op de handhavingspraktijk van de WWFT?’ Het lijkt wat ver gezocht, aangezien WWFT-instellingen – per definitie ondernemingen – nauwelijks op één lijn zijn te stellen met de ouders die slachtoffer zijn geworden in de Toeslagenaffaire. Hoe dan ook, de Minister antwoordt keurig: ‘De lessen die voor mij in dit kader het meest relevant zijn, zijn dat de overheid signalen over onrecht, vooringenomenheid en discriminatie serieus moet nemen en dat de menselijke maat in wet- en regelgeving moet worden versterkt. Lessen trekken uit fouten in het verleden is altijd goed, zullen we maar zeggen…

Philip Ruys