Reactie op verslag van de Europese Rekenkamer inzake ontoereikende bestrijding van witwassen

EU werkt aan aanpak van tekortkomingen en centrale toezichthouder

In een kamerbrief van 30 augustus heeft de minister van Financiën gereageerd op het speciaal verslag van de Europese Rekenkamer (ERK), getiteld ‘De EU-inspanningen ter bestrijding van witwassen in de bankensector zijn gefragmenteerd en de uitvoering ervan is ontoereikend’, dat op 28 juni 2021 is gepubliceerd.

In het algemeen stelt de ERK vast dat er sprake is van institutionele versnippering en gebrekkige coördinatie op EU-niveau waar het gaat om acties om witwassen en het financieren van terrorisme te voorkomen en om op te treden wanneer risico’s worden vastgesteld. De door de ERK gecontroleerde EU-organen beschikken momenteel over beperkte instrumenten om efficiënte toepassing van AML/CFT2-kaders op nationaal niveau te waarborgen. De ERK signaleert verder dat de toepassing van het EU-recht op dit terrein per lidstaat verschilt.

Aanbevelingen worden opgevolgd

In het kort komt de reactie van de minister van Financiën erop neer dat hetgeen de ERK signaleert, op Europees niveau is opgepakt. Zo wordt gewerkt aan verbetering van de supranationale risicoanalyse, met het oog op grensoverschrijdende financiële criminaliteit. Daarnaast komt de Europese Commissie met wetgevende voorstellen te komen om de implementatieverschillen tussen lidstaten aan te pakken met de introductie van een verordening en een centrale EU AML/CFT-toezichthouder. Nederland heeft daarvoor met andere landen gepleit.

Versnippering aanpakken

De ERK sluit haar verslag af met de opmerking dat de wetgevende voorstellen van de Europese Commissie een kans zijn om de vastgestelde tekortkomingen aan te pakken en iets te doen aan de versnippering van het AML/CFT-raamwerk van de EU. De minister ondersteunt dat van harte.

Kamerstuk 31477, nr. 61, Kamerbrief Minister van Financiën 30 augustus 2021