Grote economieën aanzienlijk gedaald op CPI
Transparency International heeft de nieuwe Corruption Perceptions Index (CPI) voor 2021 gepubliceerd. Daaruit blijkt dat het corruptieniveau wereldwijd tot stilstand is gekomen, waarbij 86 procent van de landen de afgelopen 10 jaar weinig tot geen vooruitgang heeft geboekt.
De CPI rangschikt 180 landen en gebieden op basis van hun waargenomen niveaus van corruptie in de publieke sector op een schaal van nul (zeer corrupt) tot 100 (zeer schoon).
Wereldwijd gemiddelde niet gewijzigd
Het wereldwijde CPI-gemiddelde blijft voor het tiende jaar op rij onveranderd op 43 en tweederde van de landen scoort onder de 50. In het afgelopen decennium zijn 154 landen ofwel achteruitgegaan ofwel geen noemenswaardige vooruitgang geboekt.
Minst corrupte landen
De toplanden op de Index zijn Denemarken (88), Finland (88) en Nieuw -Zeeland (88), die ook allemaal tot de top 10 procent van de wereld behoren op de score voor burgerlijke vrijheden van de Democratie-index .
Meest corrupte landen
Somalië (13), Syrië (13) en Zuid-Soedan (11) blijven onderaan de CPI. Syrië staat ook op de laatste plaats wat betreft burgerlijke vrijheden (Somalië en Zuid-Soedan zijn niet geclassificeerd).
Cyprus op historisch dieptepunt
27 landen – waaronder Cyprus (53), Libanon (24) en Honduras (23) – staan dit jaar allemaal op een historisch dieptepunt.
Grote economieën aanzienlijk gedaald
Sinds 2012 zijn 23 landen aanzienlijk gedaald op de CPI – inclusief geavanceerde economieën zoals Australië (73), Canada (74) en de Verenigde Staten (67), waarbij de laatste voor het eerst uit de top 25 landen op de index vielen. 25 landen hebben hun scores aanzienlijk verbeterd, waaronder Estland (74), Seychellen (70) en Armenië (49).
