Melding van ongebruikelijke transacties

Verrichte of voorgenomen ongebruikelijke transactie onverwijld melden

De meldingsplicht is een belangrijk onderdeel van de WWFT. Instellingen die vallen onder de WWFT zijn verplicht een (voorgenomen) ongebruikelijke transactie onverwijld te melden bij het meldpunt FIU-Nederland. Nadat de transactie is gemeld wordt het door het meldpunt nader onderzocht.

Wanneer een instelling voor de eerste keer een (voorgenomen) ongebruikelijke transactie meldt bij de FIU-Nederland, moet deze zich eerst registreren via de website van FIU Nederland. Nadat de instelling zich heeft geregistreerd ontvangt zij binnen enkele werkdagen van de FIU-Nederland een meldcode en autorisatiecode. De melding zelf wordt verricht via het meldportaal.

Verrichte of voorgenomen ongebruikelijke transactie

Een melding dient op grond van artikel 16 lid 1 WWFT onverwijld plaats te vinden bij een verrichte of voorgenomen ongebruikelijke transactie. Dus ook wanneer een transactie die nog moet plaatsvinden, dient u onverwijld te melden. Ongeacht of de transactie ook uiteindelijk plaatsvindt.

Gegevens

Bij een melding verstrekt u de volgende gegevens (artikel 16 lid 2 WWFT):

  • de identiteit van de cliënt, de identiteit van de uiteindelijk belanghebbenden en, voor zover mogelijk, de identiteit van degene ten behoeve van wie de transactie wordt uitgevoerd;
  • de aard en het nummer van het identiteitsbewijs van de cliënt en, voorzover mogelijk, van de overige in onderdeel a bedoelde personen;
  • de aard, het tijdstip en de plaats van de transactie;
  • de omvang en de bestemming en herkomst van de gelden, effecten, edele metalen of andere waarden die bij de transactie betrokken zijn;
  • de omstandigheden op grond waarvan de transactie als ongebruikelijk wordt aangemerkt;
  • een omschrijving van de desbetreffende zaken van grote waarde bij een transactie boven de € 10.000;
  • aanvullende, bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen, gegevens.

Melding bij mislukt cliëntenonderzoek

Volgens artikel 16 lid 4 WWFT dient een instelling ook een melding te verrichten in de volgende gevallen:

  • Een cliëntenonderzoek heeft niet geleid tot het gewenste resultaat (artikel 3 lid 2 WWFT), waaronder identificatie en verificatie van de cliënt en de UBO en het vaststellen van de aard van de zakelijke relatie én zijn er indicaties dat de desbetreffende cliënt betrokken is bij witwassen of financieren van terrorisme.
  • De instelling is niet in staat ten aanzien van de zakelijke relatie te voldoen aan de vereisten van het cliëntenonderzoek én er zijn indicaties dat de desbetreffende cliënt betrokken is bij witwassen of financieren van terrorisme.

In deze gevallen dient uiteraard ook de reden vermeld te worden (artikel 16 lid 5 WWFT).

FIU-Nederland gaat na of de gegevens van belang kunnen zijn voor de voorkoming en opsporing van misdrijven.